Albert Ploeger Kunstmeditaties

(Categorie: Bijbels)

Liefde van lichaam en geest ineen: Chagalls visie op het Hooglied

Het Hooglied, of liever Het lied der liederen, wordt in de joodse traditie gelezen op de achtste en laatste dag van het Pesachfeest. Het is een lied van de lente en van de liefde. In de traditie wel te verstaan als de liefde tussen God en mens.

Op iemand die weinig van de bijbel weet en het boekje leest, los van andere bijbelboeken, zal het Hooglied geen godsdienstige indruk maken. Zelfs Gods naam komt er niet in voor. Oorspronkelijk zullen het populaire bruiloftsliederen geweest zijn. Ze zijn geredigeerd als dialogen die in beeldrijke taal de intense, uitbundige liefde tussen een vrouw en een man bezingen. We worden als lezers meegezogen in die beelden, zegt Ellen van Wolde terecht. “Verstoor de geliefden niet in hun liefdesspel”, zo vertaalt zij een altijd gekuiste tekst die drie keer voor komt. Maar toen op de joodse synode van Jamnia, in 100 na Chr., de lijst van boeken van de joodse bijbel werd vastgesteld, nam men de gedichten toch op, omdat men ze toeschreef aan Salomo. De rabbijnen lazen het boek als een lied van de liefde tussen God en zijn volk Israël, en niet als poëzie met een letterlijk seksuele betekenis. De kerk nam later de joodse lijst over als de kanonieke, algemeen aanvaarde boeken van het oude testament. Ook zij las het Hooglied nadrukkelijk als een geestelijk werk. Meestal zag men er de liefde in tussen Christus en de kerk. Ook de persoonlijke, mystagogische uitleg, het binnenleiden van de ziel in de geheim dat de mens bij God hoort, heeft oude papieren, zoals in de beroemde geschriften die Bernhard van Clairvaux en Teresa van Avila wijdden aan het Hooglied.

March Chagall, Lied der liederen V
Marc Chagall, Het lied der liederen V

Chagall (1887-1985) zag het Hooglied met andere ogen. Voor hem stond de liefde in elk opzicht centraal in zijn leven. De liefde van God, de liefde van de mensen onderling en de seksuele liefde waren voor hem onlosmakelijk met elkaar verbonden. Zijn hele leven stond in het teken van de liefde, ook de liefde voor zijn geboorteplaats Vitebsk, voor bloemen, vogels, en andere dieren. Hij maakte voor het museum in Nice vijf schilderijen van Het lied der liederen, waarin hij heel duidelijk zijn visie op de liefde heeft weergegeven. Hier zien we volop dat hij geen strikte scheiding maakte tussen lichamelijke en geestelijke liefde, maar ze innig met elkaar verbond.

In werk V staat de zon der gerechtigheid, God zelf, centraal boven Vitebsk. De Duna – we zien de brug – scheidt de orthodoxe stad van het joodse getto. Of zien we ook het dal van de Kedron, die overgaat in de Duna, en een deel van de heilige stad Jeruzalem? In Vitebsk sprak men Jiddisch, naast Russisch.

Hoor, er klinkt muziek op het bruiloftsfeest. Dat spreekt vanzelf, maar Chagall heeft er nog een diepere bedoeling mee. Muziek is voor hem onafscheidelijk van de schilderkunst. De techniek van de muziek, thema en variatie, speelt een rol in al zijn werk, en in de vijf doeken van het Hooglied in het bijzonder. Het thema zijn de rode kleur en de aard van de verbeelde objecten en figuren, die in elk van de schilderijen worden gevarieerd.

Rechtsonder blaast een oude man op de sjofar. Tegenover hem komt, heel groots, een man op. Het is koning David met zijn harp. Hij kwam al vaker voor, maar in de doeken over het Hooglied is hij heel prominent aanwezig. …. Zegt, dat Chagall in hem een mythologische figuur moet hebben herkend, zoals hij dat ook vond in de Griekse spiritualiteit bij Orpheus. Beide gestalten waren geliefd bij God en de goden en ontvingen vele talenten. Helaas hebben zij hun gaven misbruikt. Juist op grond van deze tragiek kan David de psalmen bidden die zijn misdaden, zijn vertwijfeling en zijn overgave aan de genadige God vertolken. Daarmee is hij voor Chagall een zeer herkenbare mens. Want David laat zo haarscherp de negatieve kant van de verterende liefde zien.

De positieve zijde vertolkt Chagall niet minder. Linksboven zien we het hoofd van de bruidegom, vlakbij, helemaal links vindt hij zijn geliefde. Zij is voortgekomen uit de goddelijke wolk – onder, zoals op een ander werk Eva opkomt uit de goddelijke Adam. Een grote rode vogel zal symbool staan voor de liefde onder de mensen – eros; toen de mens uit het paradijs werd verdreven vloog deze vogel met hen mee, schilderde Chagall. Een kleinere witte vogel duidt op de liefdesrelatie van God en mens – agape. We zien het, Chagall speelt vrij met bijbelse motieven en geeft er zijn eigen invulling aan. Zo zien we ook twee keer de levensboom uit het paradijs, de grootste rijst op uit het getto en rechtsboven zien we Adam en Eva, of het liefdespaar, dat dan zes keer is geschilderd. Schone vrouwen met borsten als druiventrossen (7:8v) accentueren het liefdeslied. Midden onder zien we de meisjes die uitroepen: “Eet, vriend en vriendin! Drink, en word dronken van liefde!” (5:1). Een hand biedt een open boek aan.

Rechts onder de zon zijn nog eens de hoofden van de twee geliefden uit het Hooglied afgebeeld. In beide gevallen zijn het Vava en Marc Chagall zelf. Het hoofd van Marc is aards, groen, en van haar goddelijk, geel van kleur. In zijn vrouwen Bella en later Vava vond Marc het verhevene in de mens dat met God te maken had. In zijn boek Mijn leven beschreef hij zijn eerste ontmoetingen met Bella, die voor hem poseerde. “Het is… alsof ze mij bewaakt, mijn diepste innerlijk al heeft doorschouwd, hoewel ik haar voor het eerst zie. En maar heel even.” Niet veel later: “Ze poseert voor me. Een liggend, wit en welvend naakt. Ik schuifel schuchter om haar heen. Ik moet bekennen dat ik voor het eerst een naakt zag. Ook al is ze dan bijna officieel mijn verloofde, ik was bang haar te benaderen, dichterbij te komen, deze heerlijkheid aan te raken.” Later, zien we hier, was hij minder schuchter, maar een vorm van verheerlijking bleef.

Tot zover een mogelijke eerste beschrijving van werk V.

Toen Chagall in 1973 een bezoek bracht aan de Sowjet Unie, wilde hij perse niet naar zijn geboorteplaats Vitebsk gaan. Hij wist dat de stad in de Tweede Wereldoorlog totaal verwoest was. Na de oorlog was ze lelijk herbouwd en het joodse getto was gewoon verdwenen, want alle joden waren weggevoerd en – op een enkeling na - vermoord.

Chagall wilde het beeld van de stad van zijn grootste liefde, naar geest en lichaam, in zijn hart bewaren. Zijn hele leven door speelt het vroegere Vitebsk een rol in zijn werk. In alle vijf schilderijen van Het lied der liederen, waarin de liefde van God en mensen de hoofdrol speelt, neemt Vitebsk een prominente plaats in. Hier leerde hij, op zijn manier, God liefhebben. Hier trouwde hij met zijn grote liefde, Bella. Zij sterft in New York in 1944 en terug in Frankrijk trouwt hij in 1952 met Vava, aan wie Het lied der liederen I is opgedragen.

Chagall schilderde binnen de traditie van zijn volk. Hij nam in zijn jonge jaren ideeën over uit de volkskunst en gebruikte joodse thema’s. De meest bijzondere schilderingen bevonden zich in de achttiende-eeuwse synagoge van Mogiljev, waarover zijn collega Lissitzky de volgende herinnering opschreef: “Dit was echt iets bijzonders (…), als een wieg getooid met een mooie hemel geborduurd met vliegen en vlinders, waarin het kind plotseling wakker wordt in een met zonlicht bestoven omgeving. Zo zou je wat je ziet in de synagoge, misschien kunnen duiden.” Nog meer in Chagalls late bijbelse schilderijen dan in vroeger werk zijn de motieven en vloeiende bewegingen van de schilder van Mogiljev, Chaim Ben Isaac Halevi Segal uit Slutsk, terug te vinden. Niet voor niets koos Chagall (zelf van huis uit een Segal) hem als zijn fictieve voorvader, schrijft Monica Bohm-Duchen in Chagall Love and the Stage.

De Israëlische kunsthistoricus Ziva Amishai-Maisels schrijft dat Chagall tijdens zijn chassidische opvoeding had geleerd dat een bijbeltekst op vier niveaus geïnterpreteerd kan worden. Het eerste niveau is psjat, het voor de hand liggende niveau. Dat komt overeen met mijn beschrijving hierboven. Het geeft weer wat je leest of ziet. De twee daaronder liggende niveaus zijn remez, de suggestieve of associatieve betekenis, en drasj, de verhalende interpretatie. Iets daarvan heb ik verwerkt in mijn beschrijving.

Tenslotte niveau sod, de verborgen betekenis die alleen de ingewijde kan doorgronden. Dit geheime, vaak mystieke niveau kan enkel door joden met eenzelfde achtergrond worden verstaan, en niet door anderen en zeker niet door christenen. Dat is maar goed ook, want achter zijn poëtische beelden gaan volgens Amishai-Maisels grappen schuil “en hier en daar sarcastische en zelfs ronduit oneerbiedige commentaren”. Chagall zei zelf, toen hij reeds de negentig gepasseerd was, dat een schilderij voor hem een oppervlak is waarop voorwerpen, dieren, mensenlichamen in een bepaald kader worden weergegeven, waarbij logica en precies weergeven geen rol spelen. Er bestaat misschien een geheimzinnige vierde of vijfde dimensie, zei hij, wellicht ook niet eens alleen met de ogen zichtbaar, die intuïtief een evenwicht van beeldende en psychische contrasten in het leven roept. Door nieuwe, ongewone waarnemingen zou die dimensie bij de toeschouwer kunnen binnendringen. Aldus zijn de grote schilderijen geen illustraties meer van de bijbel, nee, zij zijn zelf een soort bijbel geworden. Anders gezegd: zijn mystieke ontwikkeling stelt Chagall in staat werelden op doek te brengen die alleen vanuit de fantasie van de schilder konden opkomen.

Wanneer we de vier niveaus van Amishai-Maisels verbinden met Chagalls eigen uitspraken, zou dat voor ons schilderij het volgende kunnen betekenen. Ten eerste zien we het doek, zoals het voor ons verschijnt. We zagen het, meteen vallen ons de felle kleuren op, vooral het rood en de witte vlakken en vlekken. We herkennen een wirwar van allerlei zeer uiteenlopende voorwerpen, mensen, dieren en planten, weliswaar in een bepaalde orde, maar zonder logica en concrete weergave. “Kunst kun je niet op school leren. Je moet niet proberen goed te tekenen, goed te schilderen.” De kleuren zijn uitdrukking van de innerlijke roerselen van de schilder.

Wanneer we niets weten van de bijbel en van Chagall, zegt ons de titel Het lied der liederen V, niets. Wel kunnen we ook als we geheel onkundig zijn, na het zien, niveau een, meteen naar het tweede niveau doorstoten, dat van associaties en vermoede suggesties van de schilder. Indien we wel enigszins op de hoogte zijn van werk van Chagall en van het Hooglied, zullen we dit niveau verbinden met het derde, de verhalende interpretatie.

Ik denk dat het zinnig is om je te verdiepen in deze drie niveaus indien je het werk – enigszins! – wilt verstaan. Je kunt ook met anderen communiceren over deze lagen. Dat is zeker vruchtbaar, al helemaal indien je meent dat je vervolgens ook zou kunnen reiken naar het vierde niveau.

Dat vierde niveau zou inhouden dat je gaat afdalen en opstijgen in de bron, waaruit Chagall zijn chassidische fantasieën liet opborrelen. In hoeverre een doorsnee christen of niet-gelovige deze mogelijkheid kan bezitten, weet ik niet. Het zou “extraordinaire”, om niet te zeggen “inouï”, zeer buitengewoon, zijn!